Sunset coaster of in gewoon Nederlands: zonsondergang onderzetter
Overlay Crochet Mandala
Jacq's haakwerk enzo hoekje
Voor je begint:
Overlay crochet is een techniek die uitgaat van het in twee lagen haken van je werk. Daarbij is het van belang dat je altijd alleen in de achterste of voorste lus van een steek werkt. Wanneer er een stokje o.i.d. in een onderliggende toer wordt gehaakt dan telt dit als een gehaakte vaste in de toer die je op dat moment aan het haken bent. Je slaat in de toer waarmee je bezig bent dus een steek over voor elk stokje dat je haakt in de onderliggende laag tenzij dit uitdrukkelijk wordt vermeld. Aan het eind van elke toer staat tussen haakjes aangegeven uit hoeveel steken de toer bestaat. Het deel dat staat aangegeven tussen \*\* dient tot het einde van de toer te worden herhaald. Als niet staat aangegeven waar je moet beginnen, kan je beginnen waar je wilt. Begin elke toer met een losse, deze losse telt in het patroon mee als eerste vaste. Sluit de toer niet af met een halve vaste, maar haal de draad door met een naald. Zo krijg je geen lelijke streep door je werk (zie afbeelding).
De gebruikte kleuren kun je natuurlijk naar eigen smaak aanpassen, net zoals de gebruikte garen en haaknaald. Dit laatste is natuurlijk wel van invloed op de grootte van de mandala. Hierna volgt een aantal termen die in het patroon worden gebruikt en die afwijken van de normale haaktermen. Het is handig om deze termen naast het patroon te houden, dat vereenvoudigt het lezen van het patroon
Haaktermen:
Ik ga er van uit dat je de termen halve vaste (hv), vaste (v) en stokje (st) kent. dubbelstokje (dst): maak twee omslagen, steek de haaknaald in de steek en haal de draad door de eerste twee lussen op je haaknaald, maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Maak een omslag en haal de draad door de laatste twee lussen. 2 x dubbelstokje samengehaakt (2 xdstsamen):_): maak twee omslagen, steek de haaknaald in de steek en haal de draad door de eerste twee lussen op je haaknaald, maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Er staan nu twee lussen op de haaknaald. Maak weer twee omslagen en , steek de haaknaald in de steek en haal de draad door de eerste twee lussen op je haaknaald, maak een omslag en haal de draad door twee lussenEr staan nu drie lussen op de haaknaald. Maak een omslag en haal de draad door de laatste drie lussen. 3 x dubbelstokje samengehaakt (3 xdstsamen):_): maak twee omslagen, steek de haaknaald in de steek en haal de draad door de eerste twee lussen op je haaknaald, maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Er staan nu twee lussen op de haaknaald. Maak weer twee omslagen en , steek de haaknaald in de steek en haal de draad door de eerste twee lussen op je haaknaald, maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Er staan nu drie lussen op de haaknaald. Maak weer twee omslagen en , steek de haaknaald in de steek en haal de draad door de eerste twee lussen op je haaknaald, maak een omslag en haal de draad door twee lussen Er staan nu vier lussen op de haaknaald. Maak een omslag en haal de draad door de laatste vier lussen. 3 dubbelstokje (3dst): maak drie omslagen, steek de haaknaald in de steek en haal de draad door de eerste twee lussen op je haaknaald, maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Maak een omslag en haal de draad door de laatste twee lussen. 2 x 3 dubbelstokje samengehaakt (2 x3dstsamen):_): maak drie omslagen, steek de haaknaald in de steek en haal de draad door de eerste twee lussen op je haaknaald, maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Er staan nu twee lussen op de haaknaald. Maak weer drie omslagen en , steek de haaknaald in de steek en haal de draad door de eerste twee lussen op je haaknaald, maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Er staan nu drie lussen op de haaknaald. Maak een omslag en haal de draad door de laatste drie lussen. 3 x 3 dubbelstokje samengehaakt (3 x3dstsamen):_): maak drie omslagen, steek de haaknaald in de steek en haal de draad door de eerste twee lussen op je haaknaald, maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Er staan nu twee lussen op de haaknaald. Maak weer drie omslagen en , steek de haaknaald in de steek en haal de draad door de eerste twee lussen op je haaknaald, maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Er staan nu drie lussen op de haaknaald. Maak weer drie omslagen en , steek de haaknaald in de steek en haal de draad door de eerste twee lussen op je haaknaald, maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Maak een omslag en haal de draad door twee lussen. Er staan nu vier lussen op de haaknaald. Maak een omslag en haal de draad door de laatste vier lussen.
Toer 1: Geel Haak 9 st in een magische ring en sluit met een hv. (9) Toer 2: Geel haak in elk st 2v (18) Toer 3: Roze \* Haak 1v, haak 2v in de volgende v\* (27) Toer 4: Geel, 2v in de eerste v, 1 st in de onderliggende gele steek van toer 2 (zie foto) \* 1v, 2v in de volgende v, 1 st in de onderliggende gele steek\* (sla hierbij steeds 1 onderliggende steek over) in het totaal krijg je dus 9 stokjes (36)
Begin in de steek boven een geel stokje. 2v in de eerste v,\* 3st in de middelste roze steek van toer 3, 2v in de volgende v.\*(45)
Toer 6: Geel
Begin in het meest rechtse roze stokje, 3v, \* 1st om het gele stokje uit toer 4, sla niet over, 5 v\* Eindig de toer met 2v.
Toer 7: Blauw \*5v, 2v in volgende v\*. (63)
Toer 8: Roze
Begin in de steek recht boven een geel stokje, 2v, om elk roze st uit toer 5 een dst,\* 1v, 2v in volgende v, 2v, om elke roze st uit toer 5 een dst\*. Eindig de toer met 2v in de laatste v. (72)
Begin in de steek boven het meest rechtse roze stokje. 3v, \*st in de middelste blauwe steek van toer 7, 1v, 2v in de volgende v, 1v, st in dezelfde blauwe steek, 4v\*(90)
Toer 9: Groen \*7v, 2v in de volgende v\*. (81)
Toer 11: Groen
Begin in een links stokje van het blauwe Vtje. 6v, \* 3 st in de middelste steek groene steek uit toer 9 die je tussen het blauw Vtje ziet zitten, sla 2 steken over (dus geen 3), 8v\* Eindig de toer met 2v. (99)
Begin in het meest rechts groen st. 7v, \* om elk van de roze stokjes uit toer 8 een 3dst, 8v\*. Eindig met 1v.(99)
Toer 13: Blauw Begin in de steek van het meeste rechtse roze stokje. 2v, 2v in de volgende v, \*dst om het rechtse blauwe st uit toer 10, 3v, dst om het linkse blauwe st uit toer 10, 5v, 2v in volgende v \*. Eindig met 3v. (108)
Toer 14: Groen
Begin in de steek van het meest linkse blauwe stokje. 8v, \* haak 2xdstsamen, waarbij je het eerste stokje om de eerste en het tweede st om het middelste st uit tour 11 haakt, 2v, 2xdstsamen om het middelste en laatste stokje, 8v\* (108)
Begin in de steek voor het meest rechtse samengehaakte st. \* 2v in eerste vaste, 7v, 3 xdstsamen om elk van de roze st uit toer 12, 3v\* Eindig met 3v. (117)
Toer 16: Blauw
Let op deze toer wordt door beide lussen gehaakt! Begin in de steek voor de samengehaakte stokjes, 1v, 2v in volgende v, 3v \* 2 xdstsamen om rechtse blauwe stokje en middelste blauwe steek uit toer 13, 3v, 2xdstsamen om middelste steek en linkerstokje uit toer 13, 4v, 2v in volgende v, 3v\*. Eindig met 2v. (126)
