Breipatroon Eierwarmers: kuiken, haan of kip.
Benodigheden:
4 sokkennaalden 4.5 mm (15 cm of langer), een haknald 3mm, maasnaald, naaigaren en oogjes of knoopjes.
Garen:
Wol of katoen in de dikte bijpassend voor naalden van 3-5 mm. Voor de snavel: oranje of rood Voor de poten: geel of oranje Voor het lijf: Kuiken: gele katoen en witte mohair (voor een gemeleerd en pluizig effect). Haan: groene wol. Kip: witte of bruine wol. Voor hen en kam: rood. Lijst van afkortingen: st - steken nld - naald(en) t - toer r - recht breien av - averecht breien 2stRS - twee steken recht samen breien 2stAVS - twee steken averecht samen breien omsl - maak een omslag door de draad 1 keer om de rechter naald te slaan HV -halvevaste ST - stokje
Kuiken.
Het lijf. Zet 24 st op met katoen en mohair, verdeeld over 3 sokkennld 4.5 mm. Toer 1: Alle st av. Toer 2-7: Alle st r. Toer 7: De eerste 2stRS op elke nld (21 st) Toer 8: Alle st r Toer 9: Herhaal toer 7 (18 st) Toer 10: Alle st r Toer 11: Op elke nld de eerste en de laatste 2stRS (12 st) Toer 12: Alle 2stRS (6 st) Haal de draad door de overgebleven st en werk af. De vleugels. Linker vleugel. Zet 6 st op met katoen en mohair op breinld 4.5 mm. Toer 1: Alle st r Toer 2: Brei av. Maak een omsl tussen st 5-6 (7 st). Toer 3: Alle st r. Brei de omsl in het achterpootje. De laatste 2stRS (6 st). Toer 4: De eerste 2stAVS. Alle st av. Maak een omsl tussen st 4-5 (6 st). Toer 5: Alle st r. Brei de omsl in het achterpootje. Toer 6: Kant af als volgt: Brei 2stAVS. Zet de samen gebreide st terug op de linkernld. Brei 2stAVS. Ga zo verder tot er 1 st over is. Knip de draad af, haal door en werk af. Rechter vleugel. Maak de rechter vleugel zoals de linker, maar dan ^omgekeerd': De omslagen aan het begin van de nld en st samen breien aan het einde van de nld.
Haan en Kip.
Het lijf en de vleugels. Brei op dezelfde manier als voor het kuiken, maar dan met één draad. In groen, wit, bruin of een andere kleur naar keuze. De pootjes. Brei een koordje van 2 st als volgt: Zet 2 st op een sokkennld 4.5 mm met gele of oranje draad. Toer 1: Brei alle st r. Draai de nld niet om, zoals gebruikelijk, maar schuif de st naar de rechterkant van de nld. De draad achter laten hangen. Toer 2-9: Herhaal toer 1. Het koordje is nu ongeveer 6 cm. Toer 9: De 2stRS (1 st). Zet de lus over op een haaknld 3 mm. Maak een koordje van 6 lossen. Maak een HV in de 5 st terug. Zie: garnstudio voor uitleg en afbeeldingen over haaksteken. "Maak een koordje van 5 lossen. Maak een HV in de 5° st terug. Herhaal van “_". Knip de draad af, werk af. Maak het tweede pootje op dezelfde manier. Snavel. Zet 3 st op met breinld 4.5 mm en rode of oranje draad. Toer 1: Alle st r. Toer 2: De eerste 2stAVS. Toer 3: De 2stRS. Draad afknippen, door de laatste steek halen en wegwerken Kam (voor haan of kip). Haak met haaknld 3 mm in rode draad een koordje van 6 lossen. Maak een HV in 1e st terug (st 5). "Maak een koordje van 3 lossen. Maak een HV in de 2e st terug." (st 3) Herhaal van “-". De laatste HV komt in st 1. Maak nog een HV in de opzetknoop en werk af. Hen (voor haan of kip). Maak met haaknld 3 mm en rode draad een koordje van 2 lossen. Maak een ST in de eerste vaste en kant af. Zie: garnstudio voor uitleg en afbeeldingen over haaksteken. Afwerking. Naai de vleugels met een maasnaald en in matrassteek aan. Zie: breiweb voor uitleg en afbeeldingen over de matrassteek. Doe hetzelfde voor de snavel, hen en kam. De poten worden voor aan de binnenrand stevig vast gezet. De oogjes worden vast gezet met een borduurnaald en naaigaren. Kleine knoopjes kunnen ook goed functioneren als oogjes.
